maandag 9 maart 2015

Boekverslag: Eric of het klein insectenboek


Eric of het klein insecten boek is geschreven door Godfried Bomans. Hij is geboren op 2 maart 1913. Hij was een Nederlandse schrijver, columnist en mediapersoonlijkheid.

Titelverklaring:

"Erik" is de naam van de hoofdpersoon van het verhaal. "Of het klein insectenboek", de ondertitel, kan op twee manieren opgevat worden. Hiermee kan de schrijver het naslagwerkje bedoelen, 'Solms' Beknopte Natuurlijke Historie' genaamd, dat Erik voor school moet leren en dat hij later toepast op de insecten die hij ontmoet. Echter, logischer is de verklaring dat 'of het klein insectenboek' erop duidt dat de schrijver zijn boek in plaats van 'Erik' ook de titel 'Het klein insectenboek' had kunnen meegeven, vanwege de talloze insectensoorten die in het boek besproken worden. 
Citaat (p.21): "De kleine Erik lag, juist op het ogenblik dat dit boekje begint, in het oude bed van grootmoeder Pinksterblom met den troonhemel en de zijden kwasten, en keek over den rand van het blanke laken de schemerige kamer in. (…) Onder zijn hoofdkussen lag een boekje, 'Solms' Beknopte Natuurlijke Historie' geheten, en Erik moest daar voor morgen alle insecten uit kennen." 


Bron: http://www.scholieren.com/boekverslag/48504


Biografie:

Godfried was een zoon van Johannes Bernardus Bomans (1885-1941) en Arnoldina Josephina Oswalda Reynart (1883-1955) en werd vernoemd naar zijn peetoom Godefridus (Frits) Keunen (1853-1914), die getrouwd was met een halfzuster van Bomans' moeder. In latere verhalen komt regelmatig een oom Frits voor. Godfrieds opa van vaders kant was de oud-directeur van het Haarlems Dagblad, Johannes Michiel Bomans.

In 1913 begon zijn vader een advocatenpraktijk in Haarlem waarheen de familie verhuisde; Godfried was nog maar een paar maanden oud. Hij heeft zich zijn leven lang Haarlemmer gevoeld. Zijn vader werd voor de Roomsch-Katholieke Staatspartij gekozen tot lid van de Tweede Kamer, wat hij tot 1929 bleef. Bomans sr. was ook, tot zijn onverwachte overlijden in 1941, gedeputeerde van de provincie Noord-Holland en zelfs in 1940 enkele maanden commissaris van de koningin voor deze provincie, ook ten tijde van de Duitse inval. Vader Bomans, sinds 1933 woonachtig op Oud-Berkenroede in Heemstede, publiceerde onder andere een geruchtmakende serie historische romans, deDonald-cyclus, onder het pseudoniem J.B. van Rode.
Reeds als middelbare scholier had Bomans literaire belangstelling; zo was hij redacteur van schoolkranten en publiceerde hij korte verhalen, ook in literaire tijdschriften en studentenbladen.
In 1926 ging Bomans naar het Triniteitslyceum in Overveen en van 1933 tot 1939 studeerde hij aan de Universiteit van Amsterdam. Hij behaalde er zijn kandidaatsexamenRechten in 1936. Van 1938 tot 1939 was Bomans redacteur van het studentenweekblad Propria Cures. In 1939 vertrok hij plotseling naar Nijmegen, waar hij zich inschreef als student Wijsbegeerte. Hij werd er actief lid van het culturele Corpsdispuut ter Sociëteit De Gong. In 1941 verloofde Godfried zich met Gertrud Maria ('Pietsie') Verscheure.

Eind 1939 schreef hij, nog steeds in Nijmegen, zijn bekendste werk: Erik of het klein insectenboek dat in december 1939 werd uitgegeven bij Het Spectrum.De memoires of gedenkschriften van Mr. P(ieter) Bas verschenen in december 1936, met tekeningen van zijn jeugdvriend Harry Prenen die ook latere boeken van Bomans zou illustreren. Met Prenen richtte hij in hetzelfde jaar de "Rijnlandsche Academie" op, een pseudogewichtig genootschap waarmee zij de aangekondigde demping van de Haarlemse Bakenessergracht wilden voorkomen. Zij slaagden overigens in hun opzet. De Rijnlandsche Academie werd daarna vooral in een uitvoerige, maar helaas nooit gepubliceerde correspondentie voortgezet.
In 1941 was hij voor het eerst officieel Sinterklaas, in Nijmegen. Ook later zou hij bij intochten op tv in die rol optreden. In 1943 gaf hij zijn studie op en verhuisde terug naar Haarlem. Op 14 april 1944 trouwde hij in Nijmegen met Pietsie Verscheure. Uit dit huwelijk werd 1 dochter geboren, Eva in 1960.[1]Tegen het eind van de oorlog dook hij onder in Aerdenhout toen er razzia's werden gehouden voor gedwongen tewerkstelling in nazi-Duitsland. Het kerkelijk huwelijk vond pas na de oorlog plaats, op 17 augustus 1945.
Bomans had twaalf jaar (van 1940 tot 1952) nodig om de Pickwick Papers van Dickens te vertalen. Na de Tweede Wereldoorlog was er veel werk voor Bomans: hij werd aangesteld als kunstredacteur van de Volkskrant (tot 1946) en redacteur bij Elseviers Weekblad (tot 1949). Zijn strip Pa Pinkelman en Tante Pollewop, vanaf november 1945 inde Volkskrant, met tekeningen van Carol Voges, is een begrip geworden. De strip werd in 1976 door de KRO voor televisie bewerkt, met Ton van Duinhoven in de rol van Pa Pinkelman en Maya Bouma als Tante Pollewop.
In 1950 riep Bomans de Haarlemmers op om lid te worden van de op te richten Haarlemse Sociëteit Teisterbant. De sociëteit die onder haar 180 leden Lodewijk van Deyssel,Mari Andriessen, de later geroyeerde Harry Mulisch en Anton Heyboer telde, heeft haar stichter niet lang overleefd.
In 1956 richtte hij de Haarlem Branch van de Dickens Fellowship op, die hij de eerste jaren als president zou voorzitten.
Bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Godfried_Bomans
Samenvatting:
De kleine Erik Pinksterblom is een fantasierijk jongetje dat verlangt naar iets bijzonders. Op een nacht, vlak voor een geplande schooltoets over insecten, ligt hij wakker in bed. In zijn slaapkamer vol schilderijen voelt hij dat er iets bijzonders staat te gebeuren. Plotseling komen alle schilderijen in zijn slaapkamer tot leven: die van zijn inmiddels overleden grootouders, en ook die van "de Wollewei". Dit laatste is een prachtig weiland met schapen en een schaapherder, waarop ook allerlei insecten tot in detail geschilderd zijn. Omdat hij zich altijd al heeft afgevraagd wat zich in dit schilderij bevindt, klimt Erik in het schilderij. Het blijkt een fantasiewereld te zijn, gedomineerd door mensgrote pratende insecten. Hij ontmoet vele verschillende personages.
Een hommel die filosoof beweert te zijn brengt hem naar een hotel, gemaakt uit een groot slakkenhuis dat gerund wordt door een slak. Daar doet hij alle gasten versteld staan met zijn kennis over de insectenwereld, geleerd uit zijn boek, Solms' Beknopte Natuurlijke Historie. Dit leidt echter tot een onverwacht effect: niemand durft nu nog iets doen tot het zeker is dat het ook in het boek staat. De hele boel loopt in het honderd, terwijl Erik juist zegt dat iedereen zijn instinct moet volgen.
Op een gegeven moment ontpopt in een van de hotelkamers een vlinder, die samen met Erik het hotel ontvlucht. De vlinder ontmoet een vlindermeisje, op wie hij hopeloos verliefd wordt. Erik helpt hem om een gedicht voor haar te schrijven, en uiteindelijk lukt het hem om het vlinderkoppel met elkaar te laten trouwen.
Erik blijft hierna verlaten achter en wordt na een gevecht met een spin in gehavende toestand opgepikt door een doodgraver. Die doodgraver is van mening dat hij tot de belangrijkste diersoort behoort, omdat alle dieren toch uiteindelijk leven en sterven om doodgravers tot voedsel te dienen. Dit idee wordt echter ontkracht doordat de hele doodgraverfamilie kort daarop wordt opgegeten door een mol, en Erik is weer alleen. Erik komt nu in aanraking met een regenworm. Ook die is ervan overtuigd dat hij een bevoorrecht wezen is. Hij is immers blind en dus niet van zijn gezichtsvermogen afhankelijk zoals veel "lagere" wezens. De regenworm is echter met zichzelf in de knoop geraakt, en wanneer Erik hulp voor hem zoekt, wordt hij geadopteerd door een mierenkolonie. Ze tonen zich erg geïnteresseerd in zijn kennis uit Solms' Beknopte Natuurlijke Historie. Erik verlangt echter terug naar huis en hoopt met hulp van het mierenvolk terug te komen over de rand van het schilderij. Het mierenleger stuit tijdens de tocht echter op een ander mierenleger, waarop een enorme veldslag losbarst.
Dan ontwaakt Erik in zijn bed. Nu hij weer thuis is, vallen de mensen hem bitter tegen en hij beseft dat zij eigenlijk niet zoveel van insecten verschillen. Erik verlangt terug te gaan naar de Wollewei, maar de schilderijen in zijn kamer komen nooit meer tot leven. Tijdens de schooltoets laat hij zich voor de antwoorden volledig leiden door de ervaringen in Wollewei, waardoor hij een onvoldoende haalt en zelfs moet nablijven.
Bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Erik_of_het_klein_insectenboek_(boek)

Twee recensies:

http://www.tzum.info/2013/11/recensie-godfried-bomans-erik-het-klein-insectenboek/
http://www.trouw.nl/tr/nl/4512/Cultuur/article/detail/2657579/1999/07/31/Erik-en-het-klein-insectenboek-lijkt-geschreven-in-het-paradijs.dhtml

Titel: Eric of het klein insectenboek
Uitgever: Het Spectrum B.V.
Jaar uitgave: 1940
Pagina's: 143


Geen opmerkingen:

Een reactie posten